INLEIDING

 

Een project: een grensoverschrijdende Frans-Belgische gids

Frankrijk en België delen een lange gemeenschappelijke geschiedenis .  Altijd zijn er veelvuldige contacten geweest die tot op de huidige dag worden verder gezet. Hun wederzijds of gemeenschappelijk verleden wordt echter vaak miskend. De taalgrens tussen het Nederlandstalige deel van België en Frankrijk is weliswaar een ernstige handicap, maar toch moeten we toegeven dat onze kennis van de bronnen niet altijd toereikend is. Overigens volstaan de bronnen die bewaard worden in onze eigen archiefinstellingen heel vaak niet om onze historische kennis te verdiepen. Heel wat historisch onderzoek vraagt kennis van de archiefbronnen die bewaard worden buiten de eigen landsgrenzen. Het Algemeen Rijksarchief en andere archiefbewaarplaatsen (Rijksarchieven in de provincies, stadsarchieven...) bewaren heel wat documenten die betrekking hebben op plaatsen gelegen buiten de landsgrenzen, met name in Frankrijk.

Om aan dit gebrek aan kennis te verhelpen heeft het Algemeen Rijksarchief een project opgezet dat moest leiden tot een grensoverschrijdende Frans-Belgische bronnengids. Het ging om een ambitieus project, dat heel wat voorbereiding vergde om te komen tot een betere kennis van de respectievelijke bronnen.

In een eerste fase kwam het er op aan om het geheel van beschikbare openbare en privaatrechtelijke archiefdocumenten op te nemen. Hiervoor kwamen de bronnen in aanmerking die interessant kunnen zijn voor opzoekingen over de geschiedenis van het  noorden van Frankrijk. Gezien de grote rijkdom van de Belgische archiefinstellingen ging het hier om een erg omvangrijke taak. Daarom hebben we ons voor het eerste overzicht beperkt tot het Algemeen Rijksarchief te Brussel.

De geografische omschrijving die we op het oog hadden betrof aanvankelijk het historische graafschap  Vlaanderen en het Doornikse (Tournaisis). Om tot een meer coherent geheel te komen werd deze omschrijving uitgebreid tot de huidige Noord-Franse regio Nord-Pas-de-Calais. In deze regio bevonden zich in de Middeleeuwen belangrijke lenen van het koninkrijk Frankrijk, die later, in de Moderne Tijd, deel zouden uitmaken van de Zuidelijke Nederlanden. In deze regio bevonden zich meerdere entiteiten: Artesië, het Kamerijkse, het Bonense (bij Picardië gevoegd in de XVde eeuw) en delen van Vlaanderen, Henegouwen en het Doornikse. Tussen de Vrede van de Pyreneeën in 1659 en de Verdragen van Utrecht en Rastatt in 1715 wijzigde de loop van de grens: het Franse grondgebied werd aanzienlijk uitgebreid. Deze vaststellingen hebben geleid tot de chronologische afbakening van de gids: van de Middeleeuwen tot 1715.

Om een project van een dergelijke omvang tot een goed einde te brengen moesten keuzes worden gemaakt in het gebruik van de bronnen. Het gaat inderdaad niet enkel om een uitgebreid gebied; daarnaast bestrijkt de chronologische afbakening meerdere tijdperken. In een eerste fase hebben we ons daarom moeten beperken tot archiefinventarissen. Historici en archivarissen weten inderdaad dat deze lange geschiedenis informatiebronnen heeft nagelaten voor de religieuze -, economische- en instellingengeschiedenis en op vele andere domeinen. Het leek daarom efficiënter om op een grondige manier gedrukte en handgeschreven inventarissen uit te pluizen in plaats van onmiddellijk naar de documenten zelf te gaan.

 

De database

Welke plaatsnamen werden gecodeerd?

Plaatsnamen die men aantreft in inventarissen voor historisch onderzoek betreffen meestal een gemeente of een parochie.

Het uitgangspunt is dus het geheel van gemeenten die bestonden sinds de Franse Revolutie. de officiële geografische code (COG) die werd gepubliceerd door het Insee[1] diende als kader voor de codering van de gemeenten in de regio Nord-Pas-de-Calais. De lijst van het Insee wordt geregeld aangepast in functie van fusies of associaties van gemeenten of streken of naar aanleiding van wijzigingen van benaming. Onze database maakt gebruik van de versie de beschikbaar was op 1 januari 2012[2]. Volgende inlichtingen werden in aanmerking genomen: de code, de naam van de gemeente, het arrondissement en het departement.

In voorkomend geval werden eveneens gecodeerd: de namen in het Nederlands en de gemeenten die verdwenen of werden gefusioneerd.

Voor het Ancien Regime werden deze coderingen aangevuld met de namen van de kerkelijke parochies. Deze werden gevoegd bij de gemeente waar de kerk gelegen is. Wat betreft de vermelding van gehuchten, afgelegen plaatsen, molens, kastelen of andere benamingen van plaatsen: deze dienen eveneens te worden gezocht onder de gemeente waartoe ze behoren.

 

Waar komt de informatie vandaan?

Voor het verzamelen van de gegevens hebben we uitsluitend inventarissen doorzocht van bestanden die zich bevinden in het Algemeen Rijksarchief. De zoekrobot is enkel gebaseerd op de inventarissen. Dit zijn noodzakelijke werkinstrumenten voor het onderzoek, die documenten beschrijven met de bedoeling om ze kenbaar te maken aan de vorsers. Een archiefbestand, een familiearchief ... zijn enkel toegankelijk wanneer ze zijn geïnventariseerd en op een begrijpelijke manier beschreven

 

De keuze van de inlichtingen

Het is belangrijk om het kader te schetsen van de inlichtingen die gevonden werden in de inventarissen. Het is inderdaad niet de bedoeling om een plaatsnaam te vermelden telkens wanneer die in de inventarissen voorkomt. Om het even welke zoekrobot zou dit kunnen doen. In deze gids willen we doelgerichte informatie verzamelen; het opzoeken van enkel een plaatsnaam kan gegevens verstrekken die niet noodzakelijkerwijs interessant zijn voor dit soort gidsen

Wanneer we bvb. een eenvoudige opzoeking doen naar de naam Belle (Bailleul) in de inventarissen, bekomt men een aanzienlijk aantal vermeldingen als "heer van Belle" ("seigneur de Bailleul") of "van Belle" ("de Bailleul") als geslachtsnaam. Een verband met de stad Belle wordt hiermee niet aangetoond. Hetzelfde geldt voor de vermelding van de plaats waar het document werd opgemaakt. We hebben onze opzoekingen verfijnd opdat ze meer pertinent zouden zijn.

 

De complementaire inlichtingen

Plaatsen die vermeld worden in historische documenten stemmen overeen met diverse geografische, administratieve of sociale gegevenheden. Een opzoeking kan daarom een plaats bevatten of een veel ruimere gegevenheid in aanmerking nemen.

Naast de actuele omschrijvingen dienen ook de historische gegevenheden te worden gerespecteerd: de territoriale vorstendommen (Artesië, graafschap Vlaanderen), de administratieve - (kasselrijen, proosdijen, baljuwschappen...) en religieuze omschrijvingen (bisdommen...). In de database werden  daarom de diverse oude entiteiten toegevoegd opdat de informatie er gecodeerd zou kunnen worden. Op die manier kan de opzoeking gebeuren naar een specifieke plaats maar ook naar een ruimere en oudere omschrijving

Vier groepen werden gedefinieerd die overeenkomen met een geografische zone die ruimer is dan een gemeente: de religieuze overheid, de hoogste politieke overheid, het territoriale vorstendom en de administratieve en/of juridische onderverdeling

 

 

 

 

 

 

Religieuze onderverdeling

Vóór 1559 maakten de Nederlanden deel uit van drie kerkprovincies met als metropool: Keulen, Reims en Trier. De regio die wij bestuderen maakte deel uit van de kerkprovincie Reims (zetel van het aartsbisdom) en telde twaalf bisdommen, waaronder Atrecht, Terwaan, Kamerijk, Amiens en Doornik. Door de bulle Super Universas  van 31 juli 1559 werden de bisdommen hervormd en ontstonden drie nieuwe kerkprovincies, waaronder Kamerijk. Daaronder ressorteerden de bisdommen Namen en Sint-Omaars naast Kamerijk en Bonen (1567!), Doornik en Atrecht. De bisschop van Kamerijk kreeg de titel van aartsbisschop.

 

 

De aartsbisdommen

voor 1559/1561

na 1559/1561

aartsbisdom Reims

aartsbisdom Reims

bisdom Kamerijk

bisdom Amiens

bisdom Terwaan

bisdom Noyon

bisdom Doornik

bisdom Laon

bisdom Atrecht

enz.

bisdom Amiens

aartsbisdom Kamerijk

bisdom Noyon

bisdom Kamerijk

bisdom Laon

bisdom Atrecht

enz.

bisdom  Sint-Omaars

 

bisdom Namen

 

bisdom Bonen

 

bisdom Doornik

 

 

Wijziging van de territoria der bisdommen

voor 1559/1561

na 1559/1561

bisdom Terwaan

bisdom Bonen

bisdom Sint-Omaars

bisdom Ieper

bisdom Kamerijk

bisdom Kamerijk

bisdom Sint-Omaars

bisdom Antwerpen

archevêché Mechelen

 

bisdom Atrecht

bisdom Atrecht

bisdom Atrecht

bisdom Doornik

bisdom Doornik

évêché de Brugge

évêché de Gent

bisdom Amiens

bisdom Amiens

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Omschrijvingen tijdens het Ancien Regime

Territoriaal vorstendom

Administratieve en/of juridische onderverdeling

Graafschap Artesië

baljuwschap Aire

 

baljuwschap Aubigny-le-Comte

 

baljuwschap Avesnes-le-Comte

 

baljuwschap Bapaume

 

baljuwschap Béthune

 

baljuwschap Lens

 

baljuwschap Lillers

 

baljuwschap Sint-Omeaas

 

baljuwschap Heusden

 

graafschap Sint-Pol

 

“gouvernance” Atrecht

 

“pays de L’alleu”

Graafschap Vlaanderen

baljuwschap Lens

 

kasselrij Belle

 

kasselrij Sint-Winoksbergen

 

kasselrij Broekburg

 

kasselrij Kassel

 

kasselrij Rijsel-Dowaai-Orchies

Graafschap Henegouwen

baljuwschap Bapaume

 

kasselrij Bouchain

 

kasselrij Rijsel-Dowaai-Orchies

 

proosdij van Bavay

 

proosdij van Maubeuge

 

proosdij van Valenciennes

 

proosdij van Quesnoy

 

landen van Avesnes

 

landen van Beaumont

Doornik en het Doornikse

baljuwschap Doornik

 

landen van Mortagne

 

landen van Sint-Amands

Het Kamerijkse

 /

Picardië

baljuwschappen Montrieul et de Waben

 

“L'Ardesis”

 

Het Bonense

 

“Le Calaisis” (apd 1568)

 

 

 



[1] L' Institut national de la statistique et des études économiques.

[2] http://www.insee.fr/fr/methodes/nomenclatures/cog/